Ik weet niet of het hier thuishoort, maar oud als ik ben las ik na de Zaterdagochtend Budo training de papieren versie van deze leuk geschreven review door Bas van Putten in het NRC.
VOLVO C40 RECHARGE TWIN PURE ELECTRIC INTRO EDITION
Motor:twee elektromotoren
Vermogen 408 pk
Totaal koppel 660 Nm
Aandrijving voor en achter
Transmissie automaat
Topsnelheid 180 km/u
Acceleratie 0 – 100 4,7 seconden
Verbruik gemiddeld: 23,8 kWh/ 100 km (fabrieksopgave)
CO2-uitstoot 0 g/km
Energielabel A
Basisprijs 57.995 euro
Prijs testauto 57.995 euro
Quote
Ik ben een Volvo-man. Altijd geweest. Het verbond rust op nuchterheid. Ik rijd inmiddels braaf elektrisch, maar in de garage staat een 27 jaar oude, keurig onderhouden 850 Station die nog even blijft. Ik houd van alles aan die auto. Van de vlakke laadvloer en de onovertroffen stoelen tot het vijfcilindergeluid, dat als een akoestische open haard het mannenhart verwarmt.
Volvo’s drukten medio jaren negentig perfect het levensgevoel van de betere burger uit, stijlvol zonder ordinaire fratsen. Nooit had de bourgeoisie een krachtiger visitekaartje. Zo gedegen was het Gooi vóór de vijandige overname door het Talpa-proletariaat. Men was er Philips-ingenieur, dokter of hoogleraar sterrenkunde, in een enkel geval misschien zelfs letterkundige van naam. Je zag nog boekenkasten in de thans tot Funda-hel gesausde stijlpaleizen. Kortom: de beschaving.
Hoe tijden veranderden. De 850 was als station maatstaf in zijn genre. Zoals hij was er maar een. Soortgenoten hadden niet die uitverkoren combinatie van doordachte eigenschappen. Zulke auto’s kom je op de afgegraasde markt van nu niet meer tegen. De Volvo C40 is geen uitzondering op de regel dat iedereen iets vergelijkbaars in de schappen heeft. In zijn hoedanigheid van elektrische coupé-suv is hij de marktconforme concurrent van andere crossovers die zo elegant als de proletenmode toestaat het beste van vier werelden proberen te verenigen: premium-kwaliteit, spetterend design, stukje multifunctionaliteit, een vleugje dynamiek. Gelukt? Ja en nee. De C40 zit solide in elkaar, maar het enige motief voor een voorheen strikt functioneel gehouden vorm is mode. Het dak loopt raar af, dakrails ontbreken en het glazen dak kan uit veiligheidsoverwegingen niet open. Het is van de zotte. Een Volvo zonder schuifdak is een Audi zonder boef.
Kop intrekken
Er is bij Volvo iets veranderd, iets te veel. De laadvloer is ondiep, de ruimte benepen. Tegenover een transportvolume van 1.200 liter staan de 1.500 van mijn bejaarde baksteen. De C40 is een opgepompt kabouterhuisje. Bij suv’s wordt vaak de hoge instap aangeprezen. Bij deze is de daklijn zo laag en de instap zo beëngd dat ik mijn kop moet intrekken om zonder hoofdletsel binnenboord te raken. Het vereist een conditie waarover ik de gemiddelde C40-koper niet zie beschikken. Is de barrière genomen, dan zit men wel gebeiteld op een stoel die het Prominent-meubel bij de nephaard thuis in Boomerstaete verre overtreft. Maar dan hoort de Volvoman zijn kleinzoon naast hem zeggen: Gas erop, opa!
Want die dreumes weet dat opa’s stroomraket 408 pk uit twee motoren afvuurt. Trouwe Volvisten begrijpen dan dat ze te maken hebben met de aandrijflijn van de Volvo XC40 en de Polestar 2, zeer snel maar zeer onzuinig. Beide auto’s vreten ongeacht de weersomstandigheden energie. Blijkbaar heeft Volvo de techniek intussen enige matigheid bijgebracht, want het verbruik van de C40 is met 21 kWh per 100 kilometer drastisch lager dan bij de verwanten, al moet ik voor dat resultaat wel al mijn spaarkunsten uit de kast halen; het nieuwe normaal van de gemiddelde bestuurder zal op 25 uitkomen, zo niet erger. Mijn advies: haal er één motor uit, zoals Polestar eerder deed met de 2. Die bleek met 230 pk prima bediend, was stukken goedkoper en veel zuiniger; ik haalde er 17 kWh op 100 km mee, 30 procent minder dan de tweemotorige. En geen seconde had ik het idee dat ik met 180 pk minder onderweg was. Waarom moet zo’n seniorencrossover meer dan 400 pk hebben, terwijl Volvo zogenaamd voor de veiligheid maar vooral voor de bühne de snelheid van alle Volvo’s op 180 begrensde? Waarom kan ik in de C40 dan de burgerschrik uithangen met een voor medeweggebruikers levensgevaarlijke acceleratie van 0 tot 100 in 4,7 seconden? Niemand rijdt hard met een C40. Dit is een 2.100 kilo zwaar, door millennials gepimpt BEJAARDENDING. En geef hem een achterruitwisser, Volvo. Er blijven druppels liggen op het glas. Dat heet regen.
Ik ben een Volvo-man. Altijd gebleven. In die perfecte stoel voel ik het weer. Alles is er nog; de sfeer, de zorgzaamheid. De C40 is stil, het interieur beschaafd, de sfeer aan boord zacht voor de zinnen. Ik zou dit comfortabele gedrocht naar Zweden willen rijden om de Volvovrienden uit te leggen hoe ze mij en alle dierenartsen weer aan boord krijgen. Dit zal mijn boodschap zijn: stop de crossover, vrienden. Doe wat jullie vroeger deden: creëer unieke, functionele auto’s.
Volvo’s drukten medio jaren negentig perfect het levensgevoel van de betere burger uit, stijlvol zonder ordinaire fratsen. Nooit had de bourgeoisie een krachtiger visitekaartje. Zo gedegen was het Gooi vóór de vijandige overname door het Talpa-proletariaat. Men was er Philips-ingenieur, dokter of hoogleraar sterrenkunde, in een enkel geval misschien zelfs letterkundige van naam. Je zag nog boekenkasten in de thans tot Funda-hel gesausde stijlpaleizen. Kortom: de beschaving.
Hoe tijden veranderden. De 850 was als station maatstaf in zijn genre. Zoals hij was er maar een. Soortgenoten hadden niet die uitverkoren combinatie van doordachte eigenschappen. Zulke auto’s kom je op de afgegraasde markt van nu niet meer tegen. De Volvo C40 is geen uitzondering op de regel dat iedereen iets vergelijkbaars in de schappen heeft. In zijn hoedanigheid van elektrische coupé-suv is hij de marktconforme concurrent van andere crossovers die zo elegant als de proletenmode toestaat het beste van vier werelden proberen te verenigen: premium-kwaliteit, spetterend design, stukje multifunctionaliteit, een vleugje dynamiek. Gelukt? Ja en nee. De C40 zit solide in elkaar, maar het enige motief voor een voorheen strikt functioneel gehouden vorm is mode. Het dak loopt raar af, dakrails ontbreken en het glazen dak kan uit veiligheidsoverwegingen niet open. Het is van de zotte. Een Volvo zonder schuifdak is een Audi zonder boef.
Kop intrekken
Er is bij Volvo iets veranderd, iets te veel. De laadvloer is ondiep, de ruimte benepen. Tegenover een transportvolume van 1.200 liter staan de 1.500 van mijn bejaarde baksteen. De C40 is een opgepompt kabouterhuisje. Bij suv’s wordt vaak de hoge instap aangeprezen. Bij deze is de daklijn zo laag en de instap zo beëngd dat ik mijn kop moet intrekken om zonder hoofdletsel binnenboord te raken. Het vereist een conditie waarover ik de gemiddelde C40-koper niet zie beschikken. Is de barrière genomen, dan zit men wel gebeiteld op een stoel die het Prominent-meubel bij de nephaard thuis in Boomerstaete verre overtreft. Maar dan hoort de Volvoman zijn kleinzoon naast hem zeggen: Gas erop, opa!
Want die dreumes weet dat opa’s stroomraket 408 pk uit twee motoren afvuurt. Trouwe Volvisten begrijpen dan dat ze te maken hebben met de aandrijflijn van de Volvo XC40 en de Polestar 2, zeer snel maar zeer onzuinig. Beide auto’s vreten ongeacht de weersomstandigheden energie. Blijkbaar heeft Volvo de techniek intussen enige matigheid bijgebracht, want het verbruik van de C40 is met 21 kWh per 100 kilometer drastisch lager dan bij de verwanten, al moet ik voor dat resultaat wel al mijn spaarkunsten uit de kast halen; het nieuwe normaal van de gemiddelde bestuurder zal op 25 uitkomen, zo niet erger. Mijn advies: haal er één motor uit, zoals Polestar eerder deed met de 2. Die bleek met 230 pk prima bediend, was stukken goedkoper en veel zuiniger; ik haalde er 17 kWh op 100 km mee, 30 procent minder dan de tweemotorige. En geen seconde had ik het idee dat ik met 180 pk minder onderweg was. Waarom moet zo’n seniorencrossover meer dan 400 pk hebben, terwijl Volvo zogenaamd voor de veiligheid maar vooral voor de bühne de snelheid van alle Volvo’s op 180 begrensde? Waarom kan ik in de C40 dan de burgerschrik uithangen met een voor medeweggebruikers levensgevaarlijke acceleratie van 0 tot 100 in 4,7 seconden? Niemand rijdt hard met een C40. Dit is een 2.100 kilo zwaar, door millennials gepimpt BEJAARDENDING. En geef hem een achterruitwisser, Volvo. Er blijven druppels liggen op het glas. Dat heet regen.
Ik ben een Volvo-man. Altijd gebleven. In die perfecte stoel voel ik het weer. Alles is er nog; de sfeer, de zorgzaamheid. De C40 is stil, het interieur beschaafd, de sfeer aan boord zacht voor de zinnen. Ik zou dit comfortabele gedrocht naar Zweden willen rijden om de Volvovrienden uit te leggen hoe ze mij en alle dierenartsen weer aan boord krijgen. Dit zal mijn boodschap zijn: stop de crossover, vrienden. Doe wat jullie vroeger deden: creëer unieke, functionele auto’s.
VOLVO C40 RECHARGE TWIN PURE ELECTRIC INTRO EDITION
Motor:twee elektromotoren
Vermogen 408 pk
Totaal koppel 660 Nm
Aandrijving voor en achter
Transmissie automaat
Topsnelheid 180 km/u
Acceleratie 0 – 100 4,7 seconden
Verbruik gemiddeld: 23,8 kWh/ 100 km (fabrieksopgave)
CO2-uitstoot 0 g/km
Energielabel A
Basisprijs 57.995 euro
Prijs testauto 57.995 euro
You must be logged in or your permissions are to low to see this Attachment(s).