Quote
uitlijnen is in principe niet nodig als alles zonder speling is wordt je uitlijning alleen bepaald door de spoorstangen, en die zijn niet los geweest.
wel belangrijk is dat je de camber weer hetzelfde gezet hebt als voor die tijd. dat is de stand van de veerpoot in de fusee. daar zit speling op om de camberhoek te stellen.
in de beschrijvingen staat dat je de afstand tussen binnenzijde veerpoot en de buitenkant van de fusee ter hoogte van de bovenste bout vooraf en achteraf moet meten. deze moeten hetzelfde zijn.
ervaring leert dat je de fusee bovenaan zo vermogelijk naar de veerpoot moet drukken en dan vast zetten.
je kunt de camber ook bepalen met een waterpas. het wiel moet iig boven verder naar binnen staan dan buiten. dan staat ie in principe al goed.
Als het camber verandert is MOET de sporing gecontroleerd worden. Camber verandering heeft direct sporing verandering tot gevolg. Als het wiel aan de bovenkant naar binnen gaat en de spoorstang zit achter de naaf zal er meer toespoor ontstaan.
Zit de spoorstang voor de naaf krijg je meer uitspoor.
Simpel zeggen dat het wiel aan de bovenkant naar binnen moet staan is niet genoeg. Meer camber betekent agressiever reageren van de auto tijdens het insturen bij het nemen van een bocht en minder grip tijdens het remmen. De kant aan de binnenzijde van het wiel heeft meer wieldruk en de buiten kant minder.
Als de auto niet waterpas staat is het controleren met een waterpas niets zeggend dus eerst de auto waterpas. Goed camber meten moet overigens gedaan worden als de wielen volledig belast zijn. Dan werkt dit al niet meer.